Voedselverspilling raakt meer dan alleen eten: achter elk product schuilen arbeid, energie, water en landbouwgrond. Wereldwijd gaat bijna een derde van al dat werk en die grondstoffen verloren, wat het milieu en de samenleving raakt. Minder verspilling betekent meer eten op tafel, meer zekerheid voor kwetsbare gezinnen en een veerkrachtiger voedselsysteem. Dat is broodnodig, want wereldwijd kampen naar schatting 319 miljoen mensen met acute voedselonzekerheid.
Ook het klimaat voelt de gevolgen. Voedsel dat wordt geproduceerd maar nooit gegeten, veroorzaakt 8 tot 10% van de wereldwijde broeikasgasuitstoot. In Nederland voorkomt elke kilo minder afval gemiddeld drie kilo CO₂-uitstoot. Als elk huishouden één week geen eten zou weggooien, levert dat 23 miljoen maaltijden op en bespaart het ruim 34 miljoen kilo CO₂.
‘We praten vaak over de ecologische en sociale gevolgen van voedselverspilling, maar vergeten soms ook de economische’, zeggen experts bij Tetra Pak. ‘Wie minder verspilt, gebruikt zijn grondstoffen slimmer en verlaagt tegelijk de kosten in de keten.’
'Door samen te meten, leren en innoveren, kunnen we voedselverspilling echt terugdringen'
Slim produceren, minder verspillen
De Europese unie heeft duidelijke doelen: Tegen 2030 moet voedselverlies in productie en verwerking met 10% omlaag, en bij retail, horeca en huishoudens met 30% per persoon.
Innovatie speelt een belangrijke rol. Technologieën zoals Ultra High Temperature (UHT)-behandeling verlengen de houdbaarheid van producten als melk tot twaalf maanden, zonder conserveermiddelen of koeling, en verminderen zo voedselverlies.
Samen naar 30% minder verspilling in de keten
De tweede Europese doelstelling vraagt om samenwerking tussen producenten, retailers en consumenten. In Nederland daalde de voedselverspilling in de retailsector al met 35%. Toch moet de verspilling thuis nog met zo’n 50% omlaag. Dat vraagt om bewustwording én innovatie, zoals betere houdbaarheidslabels en verpakkingen.
‘De quick wins zijn intussen binnen’, besluiten experts bij Tetra Pak. ‘De volgende stap is structurele samenwerking. Door samen te meten, leren en innoveren, kunnen we voedselverspilling echt terugdringen.’